Bij onze voorbereidingen voor reizen in Oost-Afrika sprong voor Anneke het Rwenzori-gebergte eruit: de hoogste bergketen van Afrika, niet te hoog, met veel en prachtige uitzichten en heel diverse en interessante begroeiing. De Kilimanjaro mag dan wel de hoogste berg van Afrika zijn, maar die staat op zichzelf en is daarmee qua uitzichten en diversiteit minder interessant. Omdat Frans ook van bergen en wandelen houdt, wilden we dus graag gaan wandelen in deze bergen. Nu is het helaas zo dat als je daar maar 1 dag gaat wandelen je niet zoveel ziet, omdat het pas op grotere hoogte interessant wordt. De standaardwandeling is 6 dagen, waarbij je een heel circuit aflegt en eventueel de hoogste piek kan beklimmen. 6 dagen op grote hoogte wandelen onder primitieve omstandigheden in het regenseizoen (dus soms knie-diep in de modder) leek ons niet erg verstandig. Gelukkig is er ook een 3-daagse tocht, waarbij je iets minder hoog gaat, maar nog wel het e.e.a. aan begroeiing en uitzichten ziet. Na veel wikken en wegen (wandelen in Oost-Afrika is niet goedkoop) en de verschillende opties overwegende, besloten we de 3-daagse Mahoma-wandeling te doen met dezelfde gids als waar we eerder mee naar de kratermeren waren geweest: we kenden hem inmiddels, hij is niet zo’n leuteraar als sommige gidsen, en zijn prijs zat behoorlijk onder die van andere aanbieders.
Dag 1
De planning was: om 8 uur weg uit Fort Portal, 9:30 aankomen bij het begin van de wandeling, 10 uur gaan lopen. Nu weten we inmiddels dat je een Afrikaanse planning niet al te letterlijk moet nemen. Het was uiteindelijk na 11 uur toen we bij het UWA-kantoor aankwamen waar we onze ranger-met-geweer (het kan zijn dat je onderweg agressieve bosolifanten tegenkomt en die moeten met geweer worden afgeschrikt) en porters (draagjongens) aantroffen. Het was iets voor twaalven toen we konden gaan wandelen.
Onze spullen voor de overnachting lieten we achter; die zouden de porters onderling verdelen en samen met alle andere spullen — kookwaar, eten — naar boven dragen. Ze lopen sneller dan wij, dus ze zullen ons inhalen en eerder aankomen dan wij, werd ons verzekerd.
Na het inpakken van de lunch begonnen we aan de hike. De eerste etappe zou ons brengen van 1600m naar bijna 2700m hoogte. Dat ging, na een kort stuk vlak lopen, voornamelijk met een lange aaneenschakeling van haarspeldbochten. Niet het leukst om te lopen, maar de uitzichten die we af en toe hadden maakten veel goed. We liepen voornamelijk door bos: niet heel veel mooie uitzichten, maar wel heel veel schaduw, wat erg fijn was.
We maakten goed vaart en rond 16 uur bereikten we het Omuka Kizza kamp waar we de nacht zouden doorbrengen. En net op tijd, want de lucht trok dicht, het werd donker en het begon te stortregenen. De porters, die eerder dan wij zouden aankomen en een vuurtje zouden beginnen en beschutting tegen de regen zouden opzetten, waren nog onderweg. Dus wij maar wachten onder het afdakje van het toiletgebouw (met bijbehorende luchtjes). Met de regen werd het ook heel koud, dus we stonden te bibberen. Overigens had dit kamp geen stromend water. Sanitair was dus een hurktoilet, wassen deed je met vochtige doekjes, tanden poetsen met een fles water en handen schoonmaken met desinfect…
Een goed uur later kwamen de eerste porters aan. De porter die het zeil zou brengen voor de provisorische party-tent was echter later vertrokken, dus daar moesten we nog op wachten. Rond 18 uur hadden ze een vuurtje aan de gang en stond de Afrikaanse partytent. Rond die tijd stopte het ook met regenen, zodat wij onze tent konden opzetten.
Frans is gaan liggen en is vanwege migraine die avond, behalve om z’n tanden te poetsen, de tent niet meer uitgekomen. Anneke heeft genoten van een op een vuurtje bereide groente-curry en had interessante gesprekken met de gidsen bij het kampvuur.
Dag 2
De volgende dag zou de langste dag worden. Eerst verder omhoog klimmen naar Lake Mahoma, op ruim 3000 meter. Dan door naar het Nyabitaba-kamp waar we de tweede nacht zouden doorbrengen. De dag begon helder, waardoor we, als er een uitzichtpunt was in het bos, konden genieten van bergpieken.
Al gauw bereikten we onze tweede “vegatation-zone”, de bamboe-zone. De klim was behoorlijk zwaar, en we konden voelen dat we inmiddels rond de 3000 meter aan het lopen waren: minder zuurstof, dus eerder moeie benen.
De route leidde ons over verschillende (lager gelegen) riviertjes, met de bijbehorende drassigheid en serieuze modder. Onze schoenen werden behoorlijk vies, en toen Frans een verkeerde stap zette, zat hij bijna tot aan z’n knieën in de modder. Het laatste uur vóór de lunch leidde door een drassig gebied met minder hoge begroeiing: een klein stukje “heather-zone”, met o.a. uit de kluiten gewassen heide. De begroeiing was wel heel bijzonder! Alsof je in een andere wereld kwam.
Toen we aankwamen bij het Mahoma-meer, waar we ook zouden lunchen, begon het net te regenen. De porters zetten weer een schuiltent voor ons op zodat we onze lunch droog zouden kunnen eten en begonnen het eten voor de lunch te koken. Ondertussen zijn we naar het meer gelopen voor wat foto’s. Het meer wordt omringd door bergen, maar die kun je vanwege de bewolking niet zo goed zien…
Na een zware ochtend konden we een warme maaltijd goed gebruiken!
De regen hield op, onze buikjes waren weer vol en we konden er weer tegenaan voor de laatste paar uur van de dag.
Eerder dan verwacht kwam het kamp in zicht! Dit kamp had ook een blokhut met tafels en stoelen, zodat we lekker droog konden zitten. En het had stromend water! En een douche, die weliswaar ijskoud was, maar na 36 uur niet te hebben gedoucht kijk je daar niet zo op.
Dag 3
De volgende ochtend hadden we vanaf het kamp een prachtig uitzicht van de opkomende zon over de Portal Peaks.
De laatste etappe was maar een paar uur lopen en grotendeels bergafwaarts. We kruisten twee rivieren, de Mahoma en de Kyoho, via een tweetal hangbruggen.
In het laatste stuk van de wandeling komen kameleons voor en onze gids heeft er een aantal gespot, waaronder de bijzondere kameleon met drie horens.
En toen zat het er op! We hadden heel mooie drie dagen gehad, waarbij het afzien best meeviel, en vooral voor Anneke smaakte het naar meer. Wellicht dat ze in het droge seizoen nog een keer het hele 6-daagse circuit gaat doen. We hebben heel veel geluk gehad met het weer, dat we vooral droog konden lopen, genoeg uitzichten hadden, en alleen tussendoor wat buien hadden!
In de gietende regen en vervolgens hete zon reden we naar het warme en droge Kasese waar we nog twee nachten in een comfortabel hotel hebben doorgebracht om bij te komen, een uitgebreide douche te nemen en onze kleren te (laten) wassen.